De wijk in – outreachend werken
Op de netwerkdag op 12 november verzorgt Erik van Marissing (Inloophuis de Ontmoeting Amersfoort) een workshop. Meld je hier aan voor de netwerkdag.
Erik van Marissing is een aantal jaren geleden in Amersfoort gestart met het Buurtterras Kattenbroek, een mobiele ontmoetingsplek waar bewoners en wijkprofessionals elkaar kunnen ontmoeten. Het Buurtterras maakt inmiddels deel uit van Inloophuis ‘De Ontmoeting’.
Welke mensen kom je tegen op het Buurtterras?
“Ik miste in de wijk een plek waar mensen terecht kunnen die niet vanzelf hun weg vinden naar de meer traditionele vormen van hulpverlening of ontmoetingsplekken. Mensen die hun vraag niet belangrijk genoeg vinden, of niet weten waar ze hem kunnen stellen.
Ik geloof heel erg in het verbinden van mensen. Op het Buurtterras kom ik de hele breedte van de wijk tegen. Mensen die eigenlijk helemaal niet op zoek zijn naar hulp, maar het hartstikke leuk vinden om aangesproken te worden en van gedachten te wisselen over de buurt waar ze wonen.”
Wat voegt outreachend werken toe in ons werkveld?
“Het mooie van outreachend werken is dat je de grote, ingewikkelde dingen bespreekbaar kunt maken onder bewoners, zonder meteen te gaan zenden. Op straat zeg je niet: ‘Gaat het wel goed met je?’ Je bent voorzichtiger. Toch houd je ook in beeld waar het écht over gaat. Gezondheid, armoede, eenzaamheid, veiligheid.
Ik zie in het werkveld soms een handelingsverlegenheid. Outreachend werken is heel anders dan binnen zijn. Binnen kun je vaak terugvallen op afspraken, op de regie die je hebt als coördinator. Buiten is alles onvoorspelbaar en onbegrensd.
Wat ik ook zie, is dat organisaties die beginnen met outreachend werk vaak te hoge verwachtingen hebben. En misschien ook wel de neiging om mensen meteen te willen helpen of te moeten binden. De kwaliteit van het contact, daar moet je succes aan afmeten. Ik ga mensen niet nabellen om te vragen: ‘Heb je de sportcoach nog gebeld?’ Of: ‘Ben je langs gegaan bij het inloophuis?’ Ik geeft het ze mee als gedachten.”
Heb je een tip voor inloophuizen die met outreachend werken willen beginnen?
“Doe vooral niet te moeilijk, en wees jezelf. Eigenlijk is wat ik doe hetzelfde als wanneer je tijdens het uitlaten van je hond of tijdens het wachten voor de bushalte met een andere buurtbewoner in gesprek bent. Alleen nu sta je er met een doel, namelijk het gesprek op gang brengen. Dat kan iedereen. Het decor van een bakfiets, een kopje koffie, stoeltjes, dat kan daarbij helpen. Het schept vertrouwen. Op een gegeven moment gaan mensen je ook herkennen, dat helpt enorm. Dan ben je zichtbaar.”
“Je staat er ook vaak samen met een wijkteam, lokale politieagent, iemand van de woningcorporatie. Waarom leent deze manier van werken zich zo goed voor samenwerking?
Ik vind het heel fijn om andere professionals te laten ervaren hoe ze het gesprek aan kunnen gaan zonder meteen hun eigen agenda mee te nemen en te zenden. Om echt te luisteren naar iemand, om de ruimte te geven om zijn of haar verhaal te vertellen.
Door er te staan met verschillende mensen, kun je soms ook op precies de juiste manier aansluiten bij wat iemand voelt en waar iemand behoefte aan heeft. Een tijdje terug stonden we bij een appartementencomplex. De nieuwe wijkagent was mee, de coördinator van het inloophuis en iemand van de woningcorporatie. Een mevrouw stond al een tijdje naar ons te kijken en op een gegeven moment kwam ze naar ons toe. Haar man was pas overleden, vertelde ze, en sindsdien voelde ze zich niet zo veilig meer. De wijkagent is toen met haar meegelopen om even te kijken of haar beveiligingscamera’s goed waren opgehangen. Daardoor was ze gerustgesteld. Vervolgens konden we ook vertellen: ‘Er is in het wijk ook een inloophuis, wist u dat al?’
Ik vond die uitwisseling heel ontroerend, en naderhand hebben we dat ook samen kunnen benoemen. Wat bijzonder, dat zo’n mevrouw dan toch op ons af durft te stappen met haar verhaal.”
Meer weten? Meld je hier aan voor de landelijke netwerkdag op 12 november in Houten.